Terugblik Experience Rechten van de natuur

Op dinsdag 6 september 2022 presenteerde de Lichtkogel een inspirerende en actieve bijeenkomst bij In de Driehoek in Utrecht. Samen met 80 deelnemers nam filosoof René ten Bos onze houding ten opzichte van de natuur onder de loep. Daarna werd in 4 parallelle workshops geduid wat rechten voor de natuur voor ons in Nederland zou kunnen betekenen.

Rechten voor de natuur in het Antropoceen

Verdient de natuur een status als rechtspersoon? Dat was de centrale vraag tijdens de lezing van filosoof en oud-Denker des Vaderlands René ten Bos. De lezing begon met een ogenschijnlijk simpele vraag: wat is mijn verhouding tot de natuur? Ten Bos wist het niet: “Eigenlijk ben ik natuur. Ik zou niet bestaan zonder al mijn microben. Dus als we het over klimaatverandering hebben, moeten we het dan enkel hebben over de verandering van de natuur buiten onze woonkamer? Of moeten we de natuur zien als onmisbaar onderdeel van onszelf?”

‘Moeten we de natuur zien als onmisbaar onderdeel van onszelf?’

Rechten voor de natuur

Dit lijkt een semantische discussie, maar het is volgens Ten Bos wel een belangrijke. “De denkwijze dat de mens losstaat van de natuur is een westerse. In de culturele antropologie bestaat dat onderscheid helemaal niet. Het is goed om te beseffen dat wij dus ergens onze natuurlijke verbondenheid met de natuur zijn verloren.”

Dat zie je ook terug in ons rechtssysteem. Wij mensen hebben rechten, daar zijn we het allemaal over eens. Waar het vandaag over gaat: verdient de natuur ook rechten? En zo ja, wat betekent dat dan? Om antwoord te geven op die vraag, moeten we terug naar het moment dat wij als mensen invloed op de natuur kregen. Vanaf dat moment zetten we een langzaam proces in gang dat leidde tot alle ecologische catastrofes van vandaag. Deze tijdsperiode noemen we het Antropoceen.

“Laat ik maar met de deur in huis vallen: die catastrofes gaan we nooit meer oplossen. Daarvoor is er te veel veranderd. Ditbetekent dat we moeten leren leven in een andere wereld. Pas als we dat aan onszelf toegeven kunnen we naar oplossingen kijken.” Het Antropoceen is een interessante term, omdat deze heel duidelijk aangeeft wie er verantwoordelijk is voor deze verandering van de wereld. Dat zijn wij, de mens. Aan de andere kant: als de mens één is met de natuur, is Antropoceen  dan het juiste woord? Moeten we het niet hebben over een Plasticoceen, de invloed van plastic op de natuur? Of zelfs Kapitaliceen, de invloed van het kapitalisme?

De rechterlijke macht

Het draait dus om verantwoordelijkheid. Een morele verplichting om het op te nemen voor dat wat kwetsbaar is. En dat de natuur kwetsbaar is, beseften we volgens René eigenlijk te laat. Er zijn delen van onze natuur verdwenen die nooit meer terugkomen.

Hoe voorkomen we erger en pakken we onze verantwoordelijk nu wél? Een veelgenoemde optie is het toekennen van rechtspersoonlijkheid aan de natuur. Dat is een mogelijkheid. Dan zouden belangenbehartigers rechtszaken aan kunnen spannen tegen iedereen die de rechten van de natuur schendt. Ten Bos: “Dat is een interessante gedachte, maar laat ik jullie wel waarschuwen: verwacht er niet te veel van. Een revolutie heb ik allang uit mijn hoofd gezet. Maar dat betekent niet dat we het niet moeten proberen. We moeten ons wel realiseren wat dit betekent."

‘Een revolutie heb ik allang uit mijn hoofd gezet. Maar dat betekent niet dat we het niet moeten proberen’

Als we van de natuur een rechtspersoon maken, vestigen we al onze hoop op de rechterlijke macht. Is dat in deze tijd, waarin de mens zijn gevoel voor waarheid kwijt is en onze democratie onder vuur ligt, een risico? Het evenwicht van de trias politica wordt steeds wankeler. Ten Bos: “Moeten we dan een rechter laten bepalen wat wel en niet echt is? Dat is potentieel gevaarlijk. In feite leggen we nu de macht bij de rechter, omdat de wetgevende en de uitvoerende macht er niet uitkomen. Waarom zou de rechterlijke macht die wijsheid wel in pacht hebben?”

De tegenstrijdigheid van het Antropoceen

Volgens Ten Bos lopen we ook tegen een ander probleem aan. Namelijk: de natuur is in alles verbonden en fluïde. Hoe kun je dat in een rechtszaak ooit objectief beoordelen? Daarvoor moet je eigenlijk het hele rechtssysteem omgooien. En het politieke, want dat gaat in eerste instantie om de belangen van mensen, niet die van de natuur.

De tegenstrijdigheden in het vraagstuk laten zich het best als volgt samenvatten: we zijn tegelijkertijd aanstichter en slachtoffer van het probleem. Dus een schuldattributie, een belangrijk onderdeel van de rechtspraak, ligt bij het Antropoceen. Bij de invloed van de mens, maar dat is allesbehalve een homogene groep. Dat werd wrang duidelijk toen Frans Timmermans na jaren zwoegen eindelijk zijn 100 miljard euro tellende Green New Deal presenteerde. De 3 grootste oliebedrijven kondigden op die dag een gigantische frackingoperatie aan. Met een investering die 12 keer zo hoog was als waar Timermans al die jaren voor heeft moeten lobbyen.

Het natuurcontract?

Een ‘silver bullet’ is er dus niet. Maar wat kunnen we wel? Ten Bos: “Het beste alternatief dat ik heb kunnen vinden, is een toevoeging aan het sociale contract. Met een uitbreiding voor de natuur. Binnen dat sociale contract spreken we af dat iedereen roem en geld mag najagen. Maar daarbij gaan we niet destructief te werk en laten we anderen met rust. Dat werkt over het algemeen heel goed. De overgrote meerderheid houdt zich eraan. Maar de natuur laten we niet met rust. Waarom niet? Omdat we er nog niet bang genoeg voor zijn. Als ik om heen kijk, denk ik: wordt het niet eens tijd dat we dat wel worden?”

Rechten op water en een gezond leefmilieu

Otto Spijkers, hoogleraar internationaal recht in Wuhan, gaf een lezing over de natuur in relatie tot mensenrechten en hoe juist mensenrechten de potentie hebben de natuur te beschermen. Misschien nog wel beter dan het aanstellen van de natuur als rechtspersoon.

In de lezing van René ten Bos ging het over de rechten van de natuur, en over de voor- en nadelen van het erkennen van de natuur als rechtspersoon. Spijkers heeft een andere benadering. Hij ziet meer in het benaderen van de natuur vanuit mensenrechten: "Het recht op schoon drinkwater voor de mens is veel beter in te passen in ons huidige rechtssysteem dan het recht van de rivier. Deze rechten kunnen diezelfde rivier ook heel goed beschermen.’

Ruimte voor de rivier?

Een aantal landen experimenteerde al met het erkennen van de natuur als rechtspersoon. Bijvoorbeeld India, waar de Ganges van zo’n groot belang is dat de staat de rivier rechten toekende. Het gevolg was dat burgers aangifte deden, zowel voor als tegen de Ganges. Zo zou de rivier vermoord zijn door alle vervuiling. En zou de rivier zelf ook moorden, omdat er regelmatig mensen in de rivier verdrinken. Logischerwijs leidden deze rechtszaken tot veel vragen over de werkbaarheid van natuurrechten en het erkennen van een rivier als rechtspersoon, met eigen rechten en plichten. Volgens Spijkers ontbreekt de juridische basis op veel vlakken nog.

Spijkers: “Eigenlijk vinden we ook bijna allemaal dat mensen voorrang hebben op de natuur. Rivieren streven er namelijk ook naar om vrij te zijn. Als we dat zouden toestaan, staat ons halve land onder water. Wanneer we van de rivier een rechtspersoon maken, dan krijgen ze ‘individuele’ rechten, zoals mensen nu al individuele mensenrechten hebben. Dan spannen natuurorganisaties namens de rivier zaken aan om die vrijheid terug te pakken.’

De juridische basis

Er bestaat een duidelijke juridische basis voor mensenrechten. Dit zijn individuele rechten, en de staat is verplicht om die rechten te garanderen. De rechten van de natuur zijn veel minder gedefinieerd. Het idee dat water oneindig is en dat er altijd voldoende van zou zijn, bleek een grote mythe. Otto Spijkers: “Uiteindelijk gaat het ook niet zozeer over de natuur. Die redt zich wel, ook zonder ons. Het gaat om een leefbare natuur voor de mens. Nu en later. Als we de natuur duurzaam willen verzekeren, dan moeten we dat vooral op onszelf betrekken.”

‘Uiteindelijk gaat het ook niet zozeer over de natuur. Die redt zich wel, ook zonder ons. Het gaat om een leefbare natuur voor de mens. Nu en later’

Ten Bos voorziet dat de rechter veel macht naar zich toe trekt als de natuur rechten krijgt. Hoe kijkt Spijkers hiernaar? Hij vindt dat deze vraag moeilijk te beantwoorden is. De juridische basis in dit soort zaken is eigenlijk altijd heel vaag, zoals het voorbeeld uit India aantoont. Er zijn weinig handvatten voor milieuzaken, maar rechters moeten er wel een uitspraak over doen. Ze mogen het niet terugduwen naar de politiek. Ze behandelen een dergelijke zaak via het raamwerk van een onrechtmatige daad. Wat betekent dat in deze context? Daar is weinig speelruimte in. Politici kunnen dit soort zaken in een veel bredere context behandelen dan een rechter.

Nederland heeft al een heel ruimhartige regulering voor belangenverenigingen. Iedereen kan een stichting oprichten die opkomt voor een bepaald algemeen belang. Daarmee kun je een zaak aanspannen tegen de staat. Waarom er maar weinig van deze rechtszaken slagen, ligt deels aan het ontbreken van de eerder genoemde juridische basis. Maar er is ook geen status quo. De natuur is constant in ontwikkeling. En wij hebben met onze dijken en dammen ook veel invloed. Spijkers concludeert: Het is een ingewikkelde kwestie, die rechten van de natuur.

Rechtenvandenatuur_Driehoek2

Wederkerigheid in relatie tot de natuur

Buen Vivir, goed leven, wat is dat? Dorine van Norren, wetenschapper gepromoveerd op onder andere Buen Vivir en rechten van de natuur, legde het aan ons uit. Volgens de inheemse bevolking van Ecuador is het simpel: de goede manier van leven is een biocentrische in plaats van een westerse, antropocentrische manier van leven. Goed leven is leven in harmonie met de natuur. Dan leef je ook in harmonie met anderen en jezelf. Balans tussen materieel en spiritueel welzijn, dat omschrijft het werkwoord Buen Vivir.

'We zijn nog teveel bezig met de natuur beschermen of gebruiken, maar niet met het goed in balans houden van de natuur'

Vanuit de zaal werd opgemerkt dat wij dit in Nederland ook nodig hebben. “We zijn nog teveel bezig met de natuur beschermen of gebruiken, maar niet met het goed in balans houden van de natuur.”

Rechten van de natuur in de grondwet

Hoe zorg je ervoor dat er goed wordt omgegaan met de natuur in het hedendaagse kapitalisme? Om meer gedaan te kunnen krijgen in het gekoloniseerde rechtssysteem van Latijns-Amerika zijn in Ecuador in 2008 rechten van de natuur opgenomen in de grondwet.

Dit ging niet zonder tegengeluid. Recht regelt de menselijke relaties, het is niet bedoeld voor de natuur. De natuur heeft geen moreel vermogen. Ook zijn er een heel aantal praktische bezwaren. Wat is de natuur, hoe limiteer je dat, houdt de natuur op bij de landsgrens en hoe bepaal je welke verandering in de natuur is toegestaan? De natuur is namelijk niet statisch. Toch is het gelukt om rechten van de natuur om haar intrinsieke waarde in de grondwet op te nemen. Hierin staat nu dat burgers de plicht hebben zorg te dragen voor de natuur. Dat de natuur recht heeft op herstel en bescherming met respect voor de natuurlijke cycli. Ook bevat de grondwet de antropocentrische richtlijn dat de mens recht heeft op een schoon en goed leefmilieu.

Garnalenboer in een mangrovebos

Hoe heeft zich dat sindsdien ontplooit? Van Norren neemt ons mee in meerdere rechtszaken die zijn aangespannen namens de natuur. Het grootste verschil met ons rechtssysteem? Iedereen mag een rechtszaak aanspannen namens de natuur. Je hoeft niet eerst te kunnen aantonen dat je belanghebbende bent. Dit resulteerde in een rechtszaak tegen een garnalenboer in een mangrovebos. Daarbij wonnen de rechten van de natuur het tegen het recht van inkomenszekerheid. En een rechtszaak tegen open mijnbouw waar rechten van de natuur het wonnen van het recht op eigendom. En zo zijn er nog talloze voorbeelden te noemen.

Door de natuur rechten te geven, wordt er meer aandacht geschonken aan zaken die schadelijk zijn voor de natuur. Maar een rechtszaak winnen is daarmee nog niet snel bereikt. In de eerste periode van 10 jaar beïnvloedde de politiek de rechtspraak, waardoor met name zaken over olie en mijnbouw kansloos waren. In de periode daarna zijn er wel een aantal positieve uitspraken geweest op dit gebied. Maar implementatie blijft soms lang uit, wat dan weer leidt tot nieuwe rechtszaken.

Toch zijn er verbeteringen te zien. Mijnbouw die stil ligt door uitzonderlijke biodiversiteit. Vangst van haaien in de Galapagos die kon worden gestopt doordat de afbakening van territoriale wateren niet meer als argument kon worden gebruikt. En de lokale boer die op traditionele wijze zijn gewassen verbouwt en werd beschermd tegen de komst van een producent van gemodificeerde gewassen. Toch worden helaas ook veel uitspraken niet nageleefd en is de strijd nog niet gestreden.

Wat nu?

Wat nu? Dat is de grote vraag. Voor Van Norren is het duidelijk: “Ecuador is ver weg en de grondwet van Nederland is niet zomaar aangepast. Maar je kunt altijd inspiratie opdoen uit dat wat volledig is uitgewerkt om het zo te implementeren in je eigen organisatie. Het belangrijkst is om erover te blijven praten. De oplossing is niet de natuur rechten geven maar anders denken. En dat kost tijd.”

‘De oplossing is niet de natuur rechten geven, maar anders denken. En dat kost tijd’

Er zijn landen die een specifiek gebied hebben aangewezen waar rechten voor de natuur worden erkend, zoals Nieuw-Zeeland en Spanje. Activisten strijden in Nederland voor de Waddenzee en de Maas. We moeten ons ervan bewust blijven dat rechten van de natuur het eindstadium zijn wanneer zaken al fout dreigen te gaan. Verandering van bewustzijn is het belangrijkst, zodat rechtszaken voorkomen kunnen worden.

Van natuurinclusieve infrastructuurnetwerken naar netwerkinclusieve natuur

Postalgie noemde Adam Hofland, programmamanager Natuur en Landelijk gebied Rijkswaterstaat, zijn verhaal. Postalgie is niet het verlangen naar vroeger maar het verlangen naar het beeld van de toekomst. Dat toekomstverlangen is nodig om drastisch andere keuzes te kunnen maken. Hij refereerde aan de Agenda van het College van Rijksadviseurs. Die stelt dat de opgaven waar Nederland voor staat heel erg groot zijn en de balans in onze leefomgeving zoek is. Daarbij is het de vraag in hoeverre in het verleden gemaakte beslissingen over ruimtelijke ontwikkelingen en infrastructuur nog steeds de toekomst bepalen.

Blik vooruit en omlaag

De eerste autosnelweg werd in 1937 geopend. Daarna raakte de natuur langzaam maar zeker versnipperd. Vanaf 1980 werden, onder andere in het kader van het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO), ecoducten, dassentunnels en andere faunapassages aangelegd. Inmiddels vragen klimaat- en biodiversiteitscrises om een blik verder vooruit. Wageningen University & Research kijkt wel honderd jaar vooruit met groenblauwe toekomstbeelden op Nederland in 2120. Ook die blik kantelt. De huidige ligging van netwerken en bebouwing werd voornamelijk van bovenaf bepaald op basis van economische en technologische logica. De ondergrond en ecologie speelden daarbij nauwelijks een rol. De opgaven waar Nederland nu voor staat, vragen juist om een redenatie vanuit het water- en bodemsysteem: de ondergrond als een sturend middel voor occupatie en netwerken. Maar wat betekent dat voor natuur? Of specifieker, de combinatie van natuur en infrastructuur: de infranatuur?

Ecologische infrastructuur

Als voorbeeld van die infranatuur liet Hofland de Biodiversiteit Kansenkaart Groene Netten zien. Die kaart toont het toekomstverlangen om een landelijke, ecologische infrastructuur te vormen door bermen en voorzieningen ecologisch in te richten en te beheren. Acht beheerders werken aan projecten om dit beeld dichterbij te brengen. Maar hij ging in zijn postalgische workshop nog een stap verder, waarbij het doel kantelt van natuurinclusieve infrastructuur naar netwerkinclusieve natuur. Het systeem van water, bodem en ecologie is daarbij leidend en níet de sturende kracht van infrastructuur.

Ontwerpend denken

Adam Hofland haakt zo aan bij de oproep van het college om ontwerpend denken als methode in te zetten. Hij gaf de deelnemers aan de workshop de opdracht om een van de vele mogelijke stippen op de horizon te bedenken. Hoe ziet de infrastructuur van die infranatuur eruit in Nederland in 2120? De flitsontwerpen 100% natuur, Delta leidend, de Galaxy Dome en Building with Symbiose zijn vier eerste stippen, groot en klein, die door de deelnemers op de horizon werden gezet.

image009
Putting the rights of nature on the map. A quantitative analysis of rights of nature initiatives across the world www.tandfonline.com

Natuurrechtzaken wereldwijd in kaart gebracht

Stel je eens voor: defensie wil meer gaan oefenen boven de Waddenzee. En jij als defensievertegenwoordiger moet aan de natuur uitleggen wat voor haar de gevolgen zijn. Jouw buurman vertegenwoordigt een dier dat daar leeft. Deze opdracht was een mooie warmmaker voor de workshop en zorgde bij menigeen gelijk voor ongemak. Leg een vogel maar eens uit dat jij lawaai maakt om te voorkomen dat Russen de baas worden. En als de vogel vraagt: wat zijn Russen? En wie geeft jou het recht om deze herrie te maken? Dan val je even stil. Dit illustreert mooi hoe wij als mens het perspectief van de natuur snel vergeten.

‘En als de vogel vraagt: wie geeft jou het recht om deze herrie te maken? Dan val je even stil’

409 initiatieven wereldwijd

Toch staan rechten voor de natuur volop in de wereldwijde belangstelling. Tineke Lambooy, hoogleraar Ondernemingsrecht aan Nyenrode Business Universiteit, ging samen met collega’s uit andere delen van de wereld op zoek naar voorbeelden van rechten voor de natuur. Zij vonden er ruim 400. Soms zijn het nog initiatieven en in ruim 60% van alle gevallen is het initiatief al bekrachtigd. De natuur verandert daarmee in een rechtspersoon die ook een stem heeft. Wat daarbij opvalt is dat landen binnen het continent Amerika goed vertegenwoordigd zijn. Bij een aantal initiatieven hier vormen de rechten voor de natuur een brug tussen het normenstelsel van inheemse culturen en de wetgeving die op Europese leest is geschoeid.

image007
De Waddenzee - Lab Toekomstige Generaties © Lisa Dröes

Waddenzee beter beschermd?

Ook Unesco Werelderfgoed de Waddenzee staat op deze lijst van initiatieven. De Waddenacademie heeft Nyenrode Business Universiteit gevraagd om te onderzoeken of rechten voor de Waddenzee mogelijk zijn onder geldend recht en wat het toevoegt aan de bestaande situatie. Naast Lambooy werken ook Tessa van Soest, Penny Simmers en Ignace Breemer mee aan dit onderzoek. Enkele uitdagingen waar de Waddenzee mee te kampen heeft zijn visserij, van schepen vallende containers, zout- en gasboringen en militaire oefeningen.

Op dit moment hebben veel organisaties daar zeggenschap over. Denk daarbij aan gemeenten, provincies en verschillende ministeries. In dit onderzoek wordt bekeken of de Waddenzee als onafhankelijke rechtspersoon de positie van de natuur sterker maakt. Vragen die daarbij beantwoord moeten worden zijn onder andere over welk geografisch gebied het gaat, welk mandaat passend is en wat voor type rechtspersoon daarbij past. Een optie die daarbij naar voren komt, is dat alle vergunningverlening via deze nieuwe entiteit gaat. Een voordeel is dat je dan het natuurbelang kunt meewegen.

In het najaar van 2022 zullen de resultaten van dit onderzoek breder gedeeld worden. De politieke belangstelling hiervoor is groot. De Tweede Kamer heeft minister voor Natuur en Stikstof Van der Wal gevraagd om de optie van rechten voor de Waddenzee serieus te onderzoeken. Lambooy en mede-onderzoekers leveren hieraan een belangrijke bijdrage. Ze roept daarom de aanwezigen op om voor het vervolg mee te denken hoe we de Waddenzee goed kunnen beschermen.