"Er is echt iets gaande" - Ontwikkelingen in het recht rond klimaat, milieu en natuur

Wereldwijd worden er steeds meer klimaatrechtszaken gevoerd én gewonnen. In Nederland kennen we bovendien de uitspraak van de Raad van State met betrekking tot stikstof. Daarnaast presenteerde een groep juristen afgelopen zomer een definitie van ecocide als misdaad voor het Internationaal Strafhof in Den Haag. Welke juridische wegen worden er – met steeds meer succes – bewandeld, en hoe dicht zijn we bij ‘rechten van de natuur’? Een gesprek met juristen Laura Burgers en Jessica den Outer.

Op 24 juni 2015 besliste de rechter in een zaak, aangespannen door stichting Urgenda en negenhonderd mede-eisers, dat de Nederlandse Staat meer moet doen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Het was een uniek moment: voor het eerst dwongen burgers via de rechter af dat de overheid een effectiever (klimaat)beleid moet voeren. Kort daarna spande Milieudefensie in het gezelschap van zes andere stichtingen en 17.000 individuele mede-eisers een vergelijkbare zaak aan tegen Shell, en met succes. Ook in landen om ons heen zien we steeds meer van dit soort klimaatrechtszaken.

Gezonde leefomgeving als mensenrecht

“Er is echt iets gaande,” vertelt Laura Burgers, universitair docent en onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam. “Wereldwijd staat de teller van het aantal klimaatrechtszaken inmiddels op meer dan 1800 (zie climate-laws.org) en die zaken worden ook steeds vaker gewonnen.” Burgers, die eind 2020 promoveerde op de rol van de rechter in klimaatrechtszaken, volgt de ontwikkelingen op de voet. “We zien ook zaken de andere kant op. Arbitragezaken waarin bedrijven aangeven: we wíllen wel vergroenen, maar dan moet daar geld of hulp van de overheid tegenover staan.”

Wat is eigenlijk de juridische basis voor de uitspraken in de klimaatzaken tot nu toe? De belangrijkste grondslagen blijken de mensenrechten, de feiten, waaronder klimaatwetenschap, de (inter)nationale milieuafspraken en het artikel uit het Burgerlijk Wetboek dat gaat over ‘onrechtmatige daad’ (art. 6:162 BW). Steeds vaker erkennen landen en rechters dat de mens recht heeft op een schoon en gezond leefmilieu. Overheden en bedrijven hebben de verplichting om dat recht te realiseren en/of te respecteren.

Het probleem wordt steeds groter

Burgers: “Dát er steeds meer gejuridiseerd wordt, komt ook doordat het probleem steeds groter wordt. Niet alleen het probleem van klimaatverandering, maar ook van vervuiling en afname van biodiversiteit. Op heel veel plekken in Europa zijn er inmiddels rechtszaken gevoerd omdat de luchtkwaliteit niet in orde was. En in Nederland kennen we allemaal de stikstofuitspraak van de Raad van State uit 2019.”

Stem van de natuur

Het stikstofdossier laat goed het belang zien van een concept als ‘rechten van de natuur’. Jessica den Outer, internationaal milieujurist en net als Laura Burgers expert in het United Nations Harmony with Nature netwerk, schetst het patroon waar we in onze maatschappij zo moeilijk uit komen: “Er is een mechanisme aan de gang waardoor de economische belangen continu de overhand krijgen. We hebben wel regels en beleid om de natuur te beschermen maar toch delft de natuur vrijwel altijd het onderspit. Of we verplaatsen de problemen naar andere landen of naar toekomstige generaties. De stem van de natuur wordt in de afwegingen onvoldoende gehoord.”

Om de natuur tot haar recht te laten komen kan niet dezelfde weg bewandeld worden als in de klimaatrechtszaken. Volgens Burgers en Den Outer zijn er twee belangrijke verschillen. “De klimaatzaken zijn bij de rechter gewonnen op basis van bestaand recht”, legt Burgers uit, “maar in Nederland is er nog geen bestaand recht voor ‘rechten van de natuur’. En een ander ding is: in het bestaande milieurecht gaat het om het milieu-als-belang-voor-de-mens. Maar bij rechten van de natuur, en ook bij het begrip ecocide dat de laatste jaren in opkomst is, gaat het om het belang van de natuur-als-zodanig.”

Zwaardere en mildere variant

Dat begrip ecocide verdient in dit verband nog wel wat aandacht. In juni 2021 kwam een internationaal expertteam van twaalf juristen met een ontwerptekst met als doel om ecocide – net als genocide – te kunnen berechten als misdaad voor het Internationaal Strafhof in Den Haag. Burgers: “Ecocide gaat over de grootschalige vernietiging van de natuur. Zeggen dat iemand een internationaal misdrijf pleegt is het zwaarste verwijt dat je iemand juridisch kunt maken. Wat dat betreft is het concept van ‘rechten van de natuur’ milder. Daarbij is het idee dat je de natuur zélf de mogelijkheid geeft om haar belang in te brengen. En dat belang kun je afwegen met andere belangen, net als bij ieder geschil tussen twee partijen.”

Juridische mogelijkheden

Hoe zouden deze ‘rechten van de natuur’ dan juridisch geregeld kunnen worden? Den Outer: “Daar zijn al ervaringen mee opgedaan in verschillende landen in de wereld. In Ecuador bijvoorbeeld zijn de rechten van de natuur in 2008 opgenomen in de Grondwet. Daarin is vastgelegd (in artikel 71): ‘Nature (...) has the right to integral respect for its existence and for the maintenance and regeneration of its life cycles, structure, functions and evolutionary processes.’ Behalve aan de natuur in zijn algemeenheid, kun je ook aan specifieke entiteiten rechtspersoonlijkheid ­toekennen. Bijvoorbeeld een rivier, een bosgebied maar ook dier- of plantensoorten. Deze manier van kijken is in Nederland nog niet mainstream; toch lijkt er steeds meer aandacht voor deze nieuwe aanpak te komen.”

“In het Burgerlijk Wetboek,” vervolgt Burgers, “staat nu opgesomd wie hier als rechtspersoon gelden: mensen, organen van de Staat, provinciën, bedrijven, stichtingen… Daar zou je aan kunnen toevoegen: én de natuur. Dat zou alle rechtsgebieden raken. Het recht op een schoon milieu kun je dan zó interpreteren dat niet alleen mensen dit recht hebben, maar ook planten en dieren. En het artikel over onrechtmatige daad opent met: ‘Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt…’ Die ander, dat kunnen dan ook rivieren zijn, of planten en dieren.”

Een goede voogd

Als de natuur eenmaal rechten heeft, rijst de vraag wie namens die natuur kan optreden. Daarvoor zal een ‘voogd’ moeten worden gekozen die kan opstaan voor de belangen en rechten van de natuur. “Dat is precies wat we voor ogen hebben met het initiatief Maas in de Wet”, vertelt Jessica den Outer. “Maas in de Wet is een initiatief van de stichting Maas Cleanup. Ieder jaar organiseren de aangesloten organisaties en burgers samen een dag om het zwerfafval op te ruimen langs de Maas. Maar zo’n actie heeft maar kort effect; na verloop van tijd is de rivier weer net zo vervuild. Na mijn internationale onderzoek naar ‘rechten van de natuur’ heb ik contact met hen opgenomen: zouden ‘rechten van de Maas’ een meer structurele oplossing kunnen zijn? We zijn gestart met een petitie ‘Maas in de Wet’. Als de Maas het recht heeft om vrij te zijn van vervuiling, dan kan de rivier een veroorzaker hierop aanspreken. We zouden het mooi vinden als de overheid samen met ons wil onderzoeken, hoe dit kan. En welk proces er nodig is om tot een goede onafhankelijke voogd voor de Maas te komen.”

Van binnenuit

Wat kan ‘rechten van de natuur’ de komende jaren gaan betekenen voor de mensen die verantwoordelijk zijn voor het dagelijks beheer buiten, bijvoorbeeld bij de waterschappen? Burgers: “De mensen die in het veld bezig zijn doorvoelen de relatie met de waterkwaliteit en de planten en dieren. Ik kan me voorstellen dat het idee van ‘rechten van de natuur’ best dicht bij hen staat.” Bij die gedachte lichten de ogen van beide juristen op. Gedecideerd sluiten ze af: “We komen er niet alleen met Greta Thunberg. Veranderingen moeten ook van binnenuit komen.”

Door Erna Ovaa


Laura Burgers is docent en onderzoeker aan het Amsterdam Centre for Transformative private law (ACT) van de UvA, en richt zich in haar onderzoek op klimaatrechtszaken, democratie, rechten van toekomstige generaties en rechten van natuur.

Jessica den Outer is internationaal milieujurist en werkzaam als zelfstandig adviseur, schrijver en spreker op het gebied van rechten van natuur.

Recentelijk brachten Laura Burgers en Jessica den Outer samen het Compendium Rights of Nature uit, met casestudies van zes continenten, in opdracht van de ­Ambassade van de Noordzee. Een ­Nederlandse vertaling verscheen in februari. Daarnaast zijn Burgers en Den ­Outer beide expert in het VN-netwerk Harmony with ­Nature, dat jaarlijks over de ontwikkelingen van de rechten van de natuur rapporteert aan de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties.